... In opdracht van https://www.mondi.nl

31. Frans college-leed

Het dorpsschooltje in Alet les Bains was zo schattig, zo klein, zo typisch uit een romantische Franse plattelandsfilm gekopieerd, dat het er veilig voelde en fijn. Het collège in Couiza daarentegen was een heel andere ervaring. 

Om het collège heen stond een hoog hek dat moest voorkomen dat leerlingen tussen de lessen door 'ontsnapten'. De tieners van elf tot zestien jaar werden nog niet verantwoordelijk genoeg geacht om alleen over straat te zwerven. Binnen het hek maakten deze onverantwoordelijken elkaar het leven zuur. Onzekere pubers, opgefokte testosteronjochies en empathieloze krengetjes waren druk bezig een identiteit te ontwikkelen ten koste van de ander.

Wat doen we die kinderen aan? dacht ik regelmatig. Natuurlijk staan Nederlandse tieners ook stijf van de hormonen en zorgen ook daar de onvolgroeide prefrontale cortexjes voor ettergedrag, dat is grenzeloos, maar in Nederland worden de tieners desalniettemin voor vol aangezien. 

Als op het Franse collège een volwassene tijdens de les de klas binnenkomt, dat kan de portier zijn of de directeur, een leraar of de glazenwasser, moeten alle leerlingen respectvol opstaan. Vooral mijn jongste kon zich witheet maken over zoveel achterlijkheid. Een tussenuur op het collège was bovendien verre van vrij. Onder streng toezicht van een begeleider moesten de leerlingen in het ‘permanence’-lokaal zwijgend hun huiswerk maken. Ook als er geen huiswerk was.

Gelukkig waren er een paar mazen in de collègewetten. Een scholier mocht namelijk wél thuis lunchen als de ouders dat wilden. Ze werden dan ingeschreven als 'externe' en mochten om 12.00 uur het gebouw een paar uurtjes verlaten. Zo zwierven er dagelijks toch een paar Hollandse nozems door de straten van Couiza. Ze aten niet thuis natuurlijk, maar gingen biljarten in de plaatselijke kroeg, hingen in het park rond of jatten een lolly bij de 'tabac' om de hoek. Het was een klein stukje vrijheid in de moeilijke collègejaren van de drie.

Dochter had zich manmoedig door de pesterijen van de eerste jaren heen geworsteld en vond pas in het laatste jaar een vriendengroep waar ze het fijn mee had. Ze kon eindelijk weer lekker maf doen, onbedaarlijk schaterlachen, ondeugend twinkelen en ging met prachtige cijfers over naar het iets lossere Lyceum. Toch kwam twee jaar later, in het examenjaar, de klap na. Spijkerhard. 

Mijn oudste zoon focuste zich vooral op de leraren, waar hij het veel beter mee kon vinden dan met zijn leeftijdsgenoten. Hij zat in vele besturen en deed mee aan alles wat door de docenten georganiseerd werd. Zo liep hij in struisvogelpak over een braderie foldertjes uit te delen, verzorgde licht en geluid bij het theater en hielp met het arrangeren van schoolreisjes. De leraren waren dol op hem. Toen we zoon inschreven voor de 'Bac pro photographie’ in Montpellier, een soort mbo, kreeg hij fantastische aanbevelingen van allemaal. Van de driehonderd aanvragen werden er slechts vijftien gehonoreerd. Zoon was er één van. Fantastisch. Het was alleen een beetje jammer dat het lyceum dusdanig ver van Alet les Bains stond, dat hij met zijn vijftien jaar ‘interne’ moest. In Frankrijk niet ongewoon, maar voor zoon en moeder wel even doorbijten. Alleen de weekenden kwam hij nog thuis.

De jongste had het na tweeëneenhalf jaar collège helemaal gehad en wilde pertinent niet meer naar school. We konden op ons kop gaan staan en hem erheen sleuren, we besloten tot thuisschool. Ook niet ongewoon in Frankrijk. Hij werd daarbij begeleid door een erkende onderwijsinstelling op afstand. Ikzelf hoefde gelukkig niet hals over kop leraressenskils te ontplooien, Google en YouTube deden dat veel beter. Zoon maakte de laatste anderhalf jaar van het college thuis af en dat beviel hem zo goed dat hij ook het Lyceum aan de keukentafel vervolgde.

Voor alledrie een schoolverloop dat in Nederland zonder twijfel anders was geweest. Of dat beter of slechter had uitgepakt zullen we nooit weten, al knaagt het weleens. Wat ik wél zeker weet is dat ze hun ongenoegens nu ook in vloeiend Frans kunnen oreren.

Dat wel.