... In opdracht van https://www.mondi.nl

16. Frans fatsoen

Zoon werd negen jaar en er moest dus een heus Frans verjaardagspartijtje worden opgetuigd. Ik zag er een beetje tegenop, maar dat bleek nergens voor nodig. Er hoefde geen onvergetelijk 'survival kinderfeest' te komen met jungle bruggen, klimwanden, camotunnels en waterswing. Ook hadden we geen dure goochelaar of DJ nodig en niemand ging hier lasergamen of paintball-schieten. De rivaliteit om het meest spectaculaire, originele of verantwoorde kinderpartijtje was dit dorp nog onbekend. De gastjes kwamen gewoon een middagje spelen, namen een cadeautje mee en aten een stukje taart. Dat laatste gaf overigens nog wel een beetje verwarring.

Heel lief hadden de klasgenootjes 'Fèneh vehjâhdah voh jâh’ (een soort Hollandse versie van 'Happy Birthday') ingestudeerd. Vervolgens werden de kaarsjes uitgeblazen, de taart verdeeld en zaten de kindjes onbeweeglijk voor hun schoteltje met aardbeien-slagroomtaart. Niemand nam een hap. Er viel een ongemakkelijke stilte. Nerveus vroeg ik mij af of taart op verjaardagsfeestjes iets typisch Hollands was? Misschien heerste er een aardbeienallergie in het dorp? Was slagroom uit den boze? Pas toen ze me allemaal hoopvol aan bleven kijken ging er een lichtje branden. Deze Franse koters waren gewoon uitmuntend opgevoed. Met een simpel 'Bon appétit' haalde ik ze uit hun lijden.

Twee weken later vierde onze dochter haar elfde verjaardag in haar geboorteland. Het was voor ons de eerste keer dat we weer even terug in Nederland waren en met een waanzinnig schema probeerden we alle Hollandse gezelligheid die we de afgelopen maanden gemist hadden in tien dagen te persen. Dagen vol vriendjes en vriendinnetjes, bezoekjes aan de voormalige klassen, familie-uitjes en bruine kroegen. Tussendoor moesten we Nederlandse televisie kijken, Hollandse eendjes voeren, Amstelveens shoppen, haring, kroketten, boerenkool met worst eten en heel erg veel bijkletsen. Ik heb zoveel gepraat dat ik ’s nachts in mijn dromen gewoon door bleef praten en mijn hoofd uiteindelijk vol woorden op exploderen stond.

Op de feesttaart van dochter werd vanzelfsprekend gewoon ongegeneerd aangevallen. Minder gemanierd, maar wel vertrouwd en dat was het basisgevoel van deze Hollandse reis. Alles was heerlijk vertrouwd. Er moest dan ook wel even een paar keer geslikt worden toen de vakantie er op zat en we alle vijf kompleet uitgevloerd en opgepropt in een auto vol Hollandse waar, terug naar ons Occitaans dorpje reden. Terug in onze rol van vreemde eend.

Naarmate we dichterbij kwamen lieten we stukje bij beetje het oergezellige, maar hectische noorden achter ons en voelden lucht en ruimte de aderen binnenstromen. We lieten ons opnieuw imponeren door het fraaie panorama waar we dwars doorheen reden en kwamen in een vrijgevochten Pippi Langkous-achtige jubelstemming. Zelfs de spoedklussen en het bouwstof dat ons thuis opwachtte deed daar weinig aan af. Toch bleef er een kleine Hollandse kater hangen, een kater die man en zoon tot grote culinaire hoogtes bracht. Terwijl ze luid en sentimenteel ’15 miljoen mensen’ zongen, hakten, rolden en bakten ze er op los. Een waarachtige kroket werd op tafel getoverd en niet alleen dat, want waar kroketten zijn … zijn bitterballen!

Zonder een greintje Frans fatsoen vielen we aan.